Vormen als vertrekpunt

Schrofer studeerde in 1983 af aan de Design Academy in Eindhoven om een paar jaar later in Den Haag zijn eigen studio te beginnen. Geboren in een familie van kunstenaars en ontwerpers is Frans altijd gewend geweest om zijn eigen keuzes te maken. Ook toen de hele wereld het fenomeen Dutch Design omarmde. “Het onderwijs veranderde eind jaren tachtig, begin jaren negentig enorm. Het creëren van een concept werd belangrijker. Terwijl ik met dank aan mijn technische achtergrond ook gewend was zelf helemaal uit te werken hoe mijn ontwerpen productieklaar kunnen worden gemaakt”, vertelt Frans.

En terwijl het ene na het andere Dutch Design ook de ontwerpers wereldberoemd maakte, bleef Schrofer trouw aan wat hij zelf noemt ‘hands-on design’. En met succes, want de lijst met opdrachtgevers is indrukwekkend met bovenaan de Nederlandse producenten Leolux, Bert Plantagie en het Deense BoConcept. Het grote verschil met veel van zijn collega’s?

“Als mijn ontwerpen in de productiefase komen, en in de fabriek de eerste prototypes worden gemaakt, dan blijkt vaak dat niet veel meer nodig is. Het kan zo in productie. Bij veel andere ontwerpers begint het werk van ontwikkelen dan pas echt”, legt Frans uit.

“Onze kracht is dat we echt meedenken met merken, de dialoog aangaan. We kijken altijd nauwkeurig wat we aan een collectie toe kunnen voegen en gaan daarmee aan de slag”, vult Sonia Sin aan. Zij is sinds 1992 met Frans getrouwd en samen runnen ze de studio vanuit een modern opgeknapt pakhuis in Den Haag. Frans is voornamelijk verantwoordelijk voor het ontwerpen en Sonia zet haar internationale marketingervaring in.

Wie door het portfolio van Schrofer grasduint, krijgt en passant een mooi inkijkje in ruim dertig jaar modeverschijnselen in het Nederlandse interieur. Frans lacht. “Dat klopt. Je kunt heel goed zien hoe onze interieursmaak is veranderd. Ik heb dingen gemaakt die nu echt niet meer kunnen, maar heel goed passen bij de vormentaal uit die tijd.”

Samenwerken

“We kwamen in contact met Satelliet en raakten aan de praat over de productontwikkeling, eigen collectie en de samenwerking met Nederlandse ontwerpers. We hebben toen afgesproken om op een later moment te bekijken wat we voor elkaar kunnen betekenen”, vertelt Frans.

Het is nauwelijks een half jaar later maar er is veel gebeurd. Op het moment van het interview toont Frans de eerste drie Gelato’s die zijn geproduceerd. “Ik noem de stoel zelf een uitwerking van het ‘food to furniture’ concept. ‘Eten’ is een nieuwe vorm van entertainment geworden met voor veel Nederlanders ongeveer twee tot drie etentjes per week.” Gesprekken duren uren, waardoor het comfort van de stoel bepalend is voor de duur van het diner. “Maar ook: hoe meer we reizen, hoe meer we de verschillende soorten gastvrijheid in internationale culturen begrijpen. Het interieur is daar onlosmakelijk mee verbonden. Op reis door Italië kwamen we een prachtige en typisch Italiaanse ijssalon tegen. Dat was een al een plaatje, maar de ijsverkoper poseerde bovendien voor ons met een grote glimlach én een ijsje in de hand. Die sfeer vormt de belangrijkste inspiratie”, zegt Frans. Hij gaat verder: “En dat is eigenlijk wel hoe ik het liefste werk. Ik ga altijd op zoek naar een vormenwereld van waaruit ik mijn ontwerpen maak. De ijssalon vormt hier de inspiratie en leidt uiteindelijk tot de Gelato. De keuze voor een velours-stof is van daaruit gedacht dan ook een logische.”

Gelato

Omdat Schrofer een herkenbare vormenwereld als uitgangspunt neemt, voelen de meeste ontwerpen van zijn hand toegankelijk aan. “Dat klopt wel. Veel van het ontwerpproces vindt vervolgens plaats in mijn hoofd. Die ontwikkeling laat zich het beste omschrijven als een evolutie”, zegt Schrofer.

“Uiteindelijk hebben we een hele presentatie gemaakt voor Satelliet”, zegt Sonia. “We proberen voor onze klanten altijd iets te vinden waarmee we een aanvulling zijn op de bestaande collectie. De presentatie waar de Gelato onderdeel van was, is door ons dan ook grondig voorbereid. Satelliet was erg enthousiast en wij ook.”

De Gelato is uiteraard direct klaar voor de productie. “Dat hoort bij de manier hoe ik werk. Ik maak veel gebruik van 3D-modellen van schuim en heb daardoor in het voortraject al veel problemen opgelost. Op een paar kleine aanpassingen na hoefde er dus niet zoveel meer aan te gebeuren. Wel zo fijn, voor mezelf maar ook voor de opdrachtgever”, zegt Frans. De Gelato zal dan ook per direct verkrijgbaar.

www.studioschofer.nl